Geschiedenis van de parochie

Er is een legende die ons vertelt hoe het Katholicisme in 1233 ‘per ongeluk’ naar het eiland is gekomen door monniken uit het Noordwesten van Friesland. De legende kunt u vinden onder de legende van Sint Brandaan.

De eerste gegevens van de huidige parochie stammen van de oom van dhr. Veldhuizen,( wonende te Kinnum) te weten dhr. Regnerus van der Zee.

Regnerus van der Zee kwam in 1933 hier uit Harlingen en is op 31 januari 1938 zelfstandig geworden met een timmerbedrijf. Hij ging dan elke week ( later met zijn vrouw) ‘s zondags naar Harlingen naar de kerk  en bezocht dan zijn ouders.

In de mobilisatie 1939/40 was er een aalmoezenier die een kerkdienst hield in een schuurtje van de familie Bernaars, een muziekleraar. Later werd er een woning gekocht op West-Terschelling waarin de kamer-en-suite dienst deed als kapel, waar voor ± 45 personen een plaats was. Deze woning werd bewoond door Meub Asterling, die daar bleef wonen en de maaltijden verzorgde.

In de jaren van het ‘rijke roomse leven’ was daar ‘s zondags twee maal een  H.Mis, opgedragen  door een pater Franciscaan uit Drachten. Zij stichtten vanuit het Franciscanerklooster in Drachten zogenaamde ‘uithoven’  zoals Sint Annaparochie en Bergum. Ook dat zijn vicarieën.

In 1947/48 kwam de geestelijke zorg en de pastorale verantwoordelijkheid in handen van de Paters Augustijnen uit Witmarsum, onder wie Pater van Leur, Pater Sax en Pater W.Boxce.

Hij werd de vaste pastoor van de Vicarie-in-oprichting en kreeg de pastorale zorg over Vlieland en Terschelling. Hij woonde in de kamer achter de kapel.

Hij en zijn medebroeders verzorgden dan de weekenddiensten waarvan die in Midsland, in de werkplaats van Regnerus van der Zee. Elke zaterdag werd die werkplaats dan schoongemaakt  en werd er twee maal een zondagsviering gehouden .Het magazijn diende als biechtstoel en sacristie. Het waren prachtige tijden:  zowel op West bij de kapel als in Midsland bij de werkplaats stonden de mensen voor het grootste gedeelte buiten, in het zomerseizoen (juni – juli - augustus) ook heel veel toeristen.

Wegens de overvolle diensten, onder wie veel toeristen, is toen een kerkje voor 240 plaatsen in Midsland gebouwd. In de 40-er, 50-er en 60-er jaren waren de kerkmeesters van de R.K. Parochie St. Brandanus de heren R. van der Zee, Tj. Boersma en dhr de Jong van Vlieland. Omdat de heer van der Zee èn lid van het Kerkbestuur was, èn directeur van Bouwbedrijf van der Zee, moest er bijzondere toestemming worden aangevraagd om de kerk te bouwen.

Geschiedenis van het huidige kerkgebouw

In de vijftigerjaren van de twintigste eeuw (na de Tweede Wereldoorlog) waren de mensen nog zo ‘ kerks’ dat de toeloop van de toeristen naar het eiland hand over hand toe nam. Er moest dus wel ruimte komen om vieringen te houden.

Zoals hiervoor al gezegd is: op West Terschelling was er alleen een kapelletje (in een woonhuis) waar de suite was aangepast voor ± 45 personen.  Zelfs als er twee of drie HH.Missen gehouden werden,  konden de mensen niet allemaal binnen deze diensten volgen.

Eerst was er in Midsland  geen mogelijkheid, maar juist in het centrum van het eiland waren de meeste (bad)gasten te vinden. Er werd naar oplossingen gezocht:

In de kampeerschuur van Agnes en Piet van Kampen (Camping Maria Coleta aan de hoofdweg Midsland-Baaiduinen)  werden vieringen gehouden,

Aannemer Regnerus van der Zee stelde zijn werkplaats beschikbaar: deze moest elke zaterdagmiddag (men werkte nog tot één uur) worden opgeruimd om tot kerkruimte te worden omgezet. Het magazijn werd sacristie en/of biechtstoel voor en na de dienst.

Dit was aan de Westerdam no 13 hoek Bergweg.

Daar het ook hier overvol was, moest er toch wat gebeuren. Voor de katholieken van het eiland was de kapel op West-Terschelling onvoldoende groot. Zelfs nog met twee H.Missen op zondag 7.30 uur en 10.30 uur d.i.v.het wisselen van gezinsleden. (zo ging dat toen!!).

Er werden plannen gemaakt door Ir.P.Starmans uit Utrecht , de Architect van het bisdom Utrecht . (Het latere nieuwe bisdom Groningen viel toen nog onder het Bisdom Utrecht – in 1956 is het huidige Bisdom Groningen ontstaan)

Een stuk bouwgrond werd gevonden aan de Heereweg 36 te Midsland (waar nu het hotel/pension Claes Compaen staat) . Het plan hiervoor werd wegens bezwaar van enkele eilanders afgewezen. Via de gemeente kon echter een groot perceel aangekocht worden aan de Brouwershoekweg waar een heel nieuw plan werd opgezet, ófwel in de stijl van een Terschellinger boerderij : klein voorhuis met hoge stal, ófwel een bungalow met een grote kampeertent. Het werd het laatste: een eigentijds asymmetrisch gebouw met klokkenstoel als tegenwicht aan de noordkant waar ± 240 personen een plaats kunnen vinden.

Er werd hard gewerkt. De namen zijn nog steeds bekend:

De bouwer was  Bouwbedrijf Regnerus van der Zee met zijn medewerkers:

H.Veldhuizen timmerman/uitvoerder

Geeuwke de Vries, timmerman

Cor Cupido timmermansleerling

Dirk Cupido timmerman/metselaar

Jan van Rees, metselaar

Auke Wiersma, metselaar uit L`warden

Opperlieden Piet Stada-Willem Roos-en Klaas van Kers (juiste naam was Klaas Bakker)

Onderaannemers: Jo Roos voor elektra -en gas met medewerker Siep Zorgdrager.

Schilderwerk: Bokke Sieperda en zijn zoon Jan

Loodgieterswerk: Ane Smit met medewerkers Daan Smit en Sjonny Sipma.

Staalconstructie: Staalbouw Gebr. Lochorn ,  Hoogezand

Granietwerkers: Gebr. Andriol  uit Sneek die ook de keuken in de pastorie zetten.

Bouwpastoor: Pater Dr.Winfried Bocxe, o.s.a. Augustijn van Witmarsum

Op de eerste steen staat: Gij zijt niet langer vreemdelingen en gasten. Maar medeburgers der heilige en huisgenoten Gods. d.d. juni 1960 (Efez.2,19)

Het interieur

Het altaar en toebehoren werden verzorgd door een medewerker van de bekende Goud -en Edelsmid BROM uit Utrecht.

De Vis met broodmand: is een schenking van een onbekende toerist

Het Visnet is een schenking van de visserman Jan Veltman uit Harlingen, een zwager van Regnerus van der Zee.

De inzegening van deze toeristenkerk vond plaats op 29 mei 1961 door Z.E.H. Monseigneur  P.Nierman eerste bisschop van het bisdom Groningen.     

Na de sluiting van de parochiekerk op West Terschelling zijn er enkele kunstwerken naar deze kerk verhuisd zoals de houdsnijwerken op en naast het tabernakel en de bijzondere kruisweg staties met één 15e paneel. Het zijn werkstukken van de Friese kunstenaar Jan Murk de Vries.

Ook een mozaïek- kunstwerk van pater Remond van Kessel (Cisterciënzer pater) is van uit West mee verhuisd naar deze kerk in Midsland en aan de noordelijke gevel aangebracht.

Het smeedwerk (hek rondom de lezenaar, de kaarsenstandaards) werden vervaardigd en verzorgd door dhr. Veldhuizen. Veel schilderwerk is indertijd verricht door dhr. F. Lurvink en zijn echtgenote. Ook onderhield hij jarenlang de tuin, verzorgde de kerststal en de bloemversiering voor de liturgie. Zij waren vele jaren onmisbaar en onbetaalbaar.

In de kerk zelf is een sacristie gebouwd en tussen pastorie en kerk ook nog een bergingsruimte Er is een CV-verwarming in de pastorie en in de kerk bevinden zich (gas) straalkachels.Ook zijn er vele stoelen van de kerk van West naar Midsland verhuisd.

In 2001 is het pijporgel van de Gereformeerde Kerk van Midsland  (die aan de Oosterburen stond en thans woonhuis is ) overgenomen van de

Gereformeerde Gemeenschap van Terschelling (die haar kerkplaats heeft in het gebeouw ET 10 (Midsland Noord) .Het orgel is een welkome aanvulling voor zowel het interieur als voor de begeleiding van de vieringen ( als er een organist is).

Pastores door de jaren heen

Gingen voor de oorlog de eilander Rooms-Katholieken aan de wal ter kerke en ter communie, in de mobilisatie rond 1939/40 was er een Luchtmacht-aalmoezenier die een kerkdienst hield in een schuurtje van een muziekleraar op West-Terschelling. Het eiland bestond toen nog voor het westelijk gedeelte hoofdzakelijk uit vissers en middenstanders, het oostelijk gedeelte uit boeren. Later werd er voor het kerk-zijn een woning gekocht op West-Terschelling waarin de kamer-en-suite dienst deed als kapel, waar voor ± 45 personen een plaats was.

In de jaren van het ‘rijke roomse leven’ was daar ‘s zondags twee maal een  H.Mis, opgedragen  door een pater Franciscaan uit Drachten. Zij stichtten vanuit het Franciscanerklooster in Drachten zogenaamde ‘uithoven’  zoals Sint Annaparochie en Bergum. Ook dat zijn vicarieën.

In 1948/50 kwam de geestelijke zorg en de pastorale verantwoordelijkheid  in handen  van de Paters Augustijnen uit Witmarsum, onder wie Pater van Leur, Pater Sax en Pater W.Boxce.

In 1972 kwam er een einde aan het tijdperk van 17 jaar Pater W.Boxce . Hij was  tevens reserve aalmoezenier van de Koninklijke Luchtmacht. Uit deze goed betaalde functie verzorgde hij de militairen die op Terschelling en Vlieland gelegerd waren, en met de helikopter ging hij trouw

s`maandags naar Vlieland  (v.v.) voor geestelijke bijstand en een H.Mis in hotel Bruin aldaar.

Nog twee jaar lang werd door de Paters Augustijnen gepeddeld om de zomerdiensten te verzorgen, terwijl wij hier op het eiland Pater P.Duif  cisterciënzer kregen als vaste pastoor.

Ook hij werd reserve legeraalmoezenier van de Koninklijke Luchtmacht en hij deed in feite het zelfde werk als Pater Boxce.

Door de bezuinigingen bij het Ministerie van Defensie kwam echter deze functie te vervallen en kwam zo ook dat de soldij stopte.

Ook werd in die tijd het kerkbezoek aanmerkelijk minder zowel van de eigen parochianen als van de (R.K.) gasten die het eiland bezoeken. Dit werd voor Pater Duif frustrerend en ook hij vertrok.

Terschelling en Vlieland kregen toen pastorale ondersteuning vanuit Dronrijp in de persoon van pastoor Th .J.A.Diender die een keer per maand een weekend naar Terschelling kwam en in de zomermaanden met assistentie uit het land. 

In deze periode is de Parochiekerk op West-Terschelling verkocht en is pastoor Diender gezien zijn leeftijd gestopt met het bezoeken van de eilanden . Met de verkoop van de kerk op West is ook het perceel ten zuiden van de toeristenkerk te Midsland verkocht. Dit was een eis van de

gemeente Terschelling die de koper was. Kerk en Pastorie gingen naar Notaris Mr. J.P. Mensink, die toen zelf in de kerk woonde en de pastorie tot zijn kantoor had gemaakt . Dit gebouw is nog steeds notariskantoor ( Ecuadorstraat 18-20).

Het perceel in Midsland kwam in handen van Autobus onderneming FRAM,( thans Arriva) uit Heerenveen die er een bus garage liet bouwen.

Na het tijdperk Dronrijp kwam de parochieTerschelling/Vlieland onder de pastorale zorg van de H.Aartsengel Michaël, de parochie van Harlingen. Pastoor P.Delhoofen kwam in de tachtiger jaren met regelmaat naar het eiland om vieringen te houden en vergaderingen voor te zitten.

Ook deze pastoor ging met emeritaat (in 1988)  en in 1990 kwam Pater J.Hoekstra o.f.m.als pastoor in Harlingen en als pastoor voor de Vicarie Terschelling/Vlieland.

Daar er geen rechtstreeks contact meer tussen Vlieland en Terschelling was, is ook het kerkbestuurlijk contact tussen de beide parochie-genoten  afgebouwd en zorgt een ieder nu voor zijn eigen gedeelte.Voor het bisdom Groningen is het op papier nog wel één Vicarie.

Pater J.Hoekstra is na een ongeneselijke ziekte op 20 juni 1997 plotseling overleden en in zijn geboortestad Bolsward begraven . 

Na enige vervangers en sollicitaties is in januari 1999 pastoraal werkster N.Sluis benoemd in Harlingen, voor Één in Vieren n.l. Harlingen-Franeker-Dronrijp en St.Anna parochie en voor de eilanden Vlieland en Terschelling. Zij is ongeveer 10 jaren pastor geweest en ná haar kwam pastor Sipke Draisma, die veel bemoeienis heeft gehad met de fusie van de kerken. ( opgelegd door het Bisdom Groningen). 

De fusie vond plaats in 2013 en toen is pastoor Marco Conijn benoemd en pastor Susan Boukema-Koopman. Deze laatste is weer opgevolgd door pastor Dorenda Gies, omdat zij met emeritaat ging. Echter Susan blijft ons als eilanden nog steeds trouw en zeker in de wintermaanden kunnen we op haar rekenen en een beroep doen.